Karel Hoomans, over de toren-restauratie
Bij mijn komst in Nunhem 6-7-1924 werd mij gezegd, dat de Heer Burgemeester Th.Aquarius beloofd had de toren te laten restaureren. Ik vond onder de brieven in de map der kerkarchieven een brief van den burgemeester aan de Z.E.H.pastoor Meyer waarin stond de belofte het leiendak te laten restaureren op zijn kosten.
Bij een bezoek ten zijnen huize beloofde hij mij den hele toren te laten restaureren, echter niet een verhoging met enkele meters van het muurwerk. Hij zou mij een plan sturen en na goedkeuring liet ik hem begaan. Na maanden wachten kwam eindelijk de benodigde mergel aan. In het begin van oktober waren de steigers gezet en half november kon men beginnen. Intussen had de leiendekker het dak hersteld en het zadeldak waar nodig tevens van nieuwe planken voorzien. Het kruis werd geverfd. De kerk liet een nieuwe haan maken van koper. (De oude was van plaatijzer en geheel doorgeroest) De muren werden met zwaren ijzeren ankers beveiligd, de mergel afgeschaafd, bijgevregd en met glaswater bestreken. Nu rest nog slechts het ene pad met leien te herstellen, wat eerst kon gebeuren wanneer de bol die van zijn verf ontdaan moet worden wederom geplant is. De plaatijzeren wijzerplaat die verkeerd geplaatst was werd weggenomen en in twee stukken gezaagd als afsluiting en deur naar de kerkzolder gebezigd. Op drie kanten werden wijzerplaten van mergel gemaakt en de galmgaten werden eveneens zoveel kleiner gemaakt. De vensternissen werden opengebroken en met nieuwe vensters voorzien. Dit alles onder leiding van architect Tonnaer uit Thorn. Aldus pastoor Hoomans. (J.Adams, Nunhem een oude Servaasparochie, Nunhem 1978 p.83)